Voor UNIS Flyers heeft deze corona-tijd een grote impact. De professionele tak in het Nederlandse ijshockey heeft uiteindelijk besloten om dit seizoen niet van start te gaan. Voorzitter van UNIS Flyers, Henk Hoekstra blikt nog één keer terug op de afgelopen maanden, maar wil ook vooruit kijken naar de mogelijkheden en de ontwikkeling in het Nederlandse ijshockey en natuurlijk UNIS Flyers.
Dankbaarheid aan sponsoren en supporters
,,We zijn alweer bijna 10 maanden verder, en geen wedstrijd gespeeld,” begint Henk Hoekstra over het moment dat het corona-virus de play-offs in in de BeNe-league stil legde. Op dat moment zou UNIS Flyers de halve finale beginnen tegen Devils Nijmegen. ,,Van de één op andere dag geen competitie meer. Dat zorgde voor een financieel probleem om op te lossen. Doordat de competitie vroegtijdig eindigde, kregen we als club geen inkomsten meer, die we wel hadden verwacht. Via een publieksactie en via sponsoren zijn er uiteindelijk toch inkomsten geworven. Daar zijn we heel erg blij mee! Er is een grote loyaliteit van supporters en sponsoren. Wat we ook heel fijn vinden is dat er begrip is onder sponsoren, en dat is ontzettend prettig. We zijn heel erg dankbaar en het was prachtig om de vele positieve reacties te zien. Dat maakt het voor ons een stukje gemakkelijker,” vertelt Hoekstra, die nog een speciaal dankwoord richt aan de hoofdsponsor. ,,Mooi om te zien dat UNIS Group ook in deze tijd het ijshockey in Heerenveen, waaronder de jeugd en RTC (Regionaal Talent Centrum) blijft steunen.”
Vervolgens ging de knop snel om, en ging men bezig om begin december 2020 alsnog een competitie te starten, met een kleine bezetting van aanwezige supporters en sponsoren in Thialf. ,,Uiteindelijk hadden we een plan klaar liggen, om supporters en sponsoren te ontvangen met 1,5 meter afstand. Helaas ging dat plan uiteindelijk niet door.”
Kostenplaatje
IJshockey is een dure sport. Niet alleen om te beoefenen, maar ook alle zaken rondom het team, en niet te vergeten de ijshuur in Thialf. ,,Sporten als korfbal en volleybal gaan bijvoorbeeld wel door. Maar die sporten zijn qua kosten veel goedkoper. Wij hebben te maken met een ijsbaan en materiaal voor spelers. Een gemiddelde ijshockeystick kost 150 euro. Spelers slijten per seizoen gemiddeld tussen de 8 tot 10 sticks, en dat is eigenlijk heel ‘normaal’. Dat is een voorbeeld van kosten die je als club dekt. Als je dat allemaal optelt, wordt het wel pittig,” legt Hoekstra uit.
,,In december kwam het nieuws dat we alsnog een competitie mochten starten, maar dan moesten we voldoen aan extra maatregelen. ,,We moesten dan een aantal keren per week een coronatest doen. Eén keer gedurende de week en voor elke wedstrijd één keer. Dat kost duizenden euro’s extra. Terwijl de inkomsten minder waren,” zegt Hoekstra. ,,Ook het reizen in de bus werd lastig, omdat dat extra kosten met zich meebracht. Alles bij elkaar was het niet verantwoord. Op die manier had het geen waarde om toch door te zetten. Ik ben blij dat wij dat als collectief van BeNe-League teams hebben besloten,” licht Hoekstra toe.
Continuïteit van de club
Om die reden wordt er momenteel niet meer getraind door UNIS Flyers. ,,We mogen alleen trainen als we dat protocol uitvoeren. Dus dat gaat niet meer door. We trainden daarvoor als eerste selectie wel met het eerste divisie team, maar dat was op vrijwillige basis. Dat is nu ook weggevallen, we mogen Thialf niet in. In Zoetermeer hebben ze zelfs het ijs eruit gehaald, dus daar is überhaupt geen ijs. Het enige ‘voordeel’ van deze situatie is dat het duidelijkheid verschaft. We kunnen niet trainen en er zijn geen wedstrijden. Dat betekent geen drukte meer om mee bezig te zijn. Als sportman wil je dat niet. Maar het is zoals het is, en we moeten het hiermee doen,” verzucht Hoekstra, die ook nog wijst naar het landelijk orgaan. ,,De overheid doet op dit moment niets voor onze sport. Wij moeten onze inkomsten halen van tickets en seizoenkaarten, en van sponsoren. Ook amateurclubs hebben weinig inkomsten dan alleen contributie en kantine. Ons streven als bestuur is de continuïteit van de club, want wij willen het volgende seizoen wel weer meedoen.”